Achtergrond
Eenvoudige machines zijn belangrijk in het dagelijks leven en vind je terug in huis, op school of op het schoolplein. Eenvoudige machines zijn gereedschappen waarvan de grootte en/of richting van de kracht kan worden aangepast om het werk gemakkelijker te maken. Met behulp van eenvoudige machines kunnen gewone mensen grote stenen optillen, blokken over grote afstanden verplaatsen en zelfs piramides bouwen.
In deze eenheid maken studenten kennis met de natuurkundige concepten van kracht en arbeid, en vier typen eenvoudige machines: hellend vlak, wiel en as, hefboom en tandwielen. Leerlingen kunnen onderzoeken hoe kracht kan worden toegepast om werk gemakkelijker te maken met behulp van 4 bouwwerken met de volgende eenvoudige machines: een hellend vlak, een balanceerhefboom, een veerwagen en een klok. Studenten krijgen bovendien inzicht in gereedschappen die al sinds de oudheid worden gebruikt en vandaag de dag nog steeds worden gebruikt.

Wat is een eenvoudige machine?
eenvoudige machine is een gereedschap waarmee de grootte en richting van een kracht kan worden veranderd om een object te verplaatsen. Eenvoudige machines zijn apparaten met weinig of geen bewegende onderdelen, waardoor het werk eenvoudiger wordt. Eenvoudige machines bestaan al duizenden jaren en zijn nog steeds nuttig. In deze eenheid maken studenten kennis met vier soorten eenvoudige machines: hellend vlak, wiel en as, hefboomen tandwielen.
| Hellend vlak | Hefboom | Wiel & As | Versnelling |
|---|---|---|---|
| Het hellende vlak is een gekanteld oppervlak dat gebruikt wordt om een voorwerp omhoog of omlaag te brengen. | Een beweegbare staaf die aan een draaipunt is bevestigd of daarop is geplaatst, ook wel een draaipunt genoemd. | Maakt het verplaatsen van dingen eenvoudig door ze te rollen, waardoor de wrijving wordt verminderd. | Een wiel met tanden aan de randen, dat wordt gebruikt om kracht over te brengen, te vergroten of te verkleinen. |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Wat is kracht?
Kracht is een duw of trek tegen een object. Wanneer er een kracht op een voorwerp wordt uitgeoefend en die kracht ook nog eens niet wordt tegengewerkt, zal de snelheid of de richting van het voorwerp veranderen. Met kracht verplaatsen we dingen om ons heen. In deze unit werken we met verschillende vormen van kracht, waaronder toegepaste kracht, evenwichtskrachten en onevenwichtskrachten.
Toegepaste kracht
Met een toegepaste kracht wordt een kracht bedoeld die op een object wordt uitgeoefend. Als u uw stoel door de kamer zou duwen, oefent u kracht uit op de stoel.
Er zijn zowel evenwichtige als onevenwichtige krachten. Krachten die gelijk zijn, maar in tegengestelde richting, worden evenwichtskrachten genoemd. Krachten die in evenwicht zijn, zorgen er niet voor dat een object beweegt.

Gelijkwaardige en onevenwichtige krachten
Krachten die gelijk zijn, maar in tegengestelde richting, worden evenwichtskrachten genoemd. Krachten die in evenwicht zijn, zorgen er niet voor dat een object beweegt. Een voorbeeld van een machtsevenwicht zijn twee groepen mensen die touwtrekken met evenveel kracht. Hierdoor blijft het touw op zijn plaats, omdat de tegengestelde krachten die aan beide kanten worden uitgeoefend, even groot zijn.

Krachten die niet in evenwicht zijn, zorgen er echter voor dat een object of meerdere objecten bewegen. Stel dat een van de teams in onze touwtrekwedstrijd harder trekt dan het andere team, dan zijn de krachten niet langer gelijk. Één team zou het andere team in de richting van de grotere kracht kunnen trekken.
Onevenwichtige krachten veroorzaken een verandering in de beweging van het voorwerp waarop de kracht wordt uitgeoefend. Eenvoudige machines zoals de hellende schaafmachine gebruiken een onevenwichtige kracht om het werk gemakkelijker te maken. Het is bijvoorbeeld bekend dat objecten versneld naar beneden bewegen op een hellend vlak, vanwege een onevenwicht in de zwaartekracht.
Zwaartekracht
De zwaartekracht is de kracht waarmee de aarde, de maan of een ander groot object een ander object naar zich toe trekt. Per definitie is dit het gewicht van het object. Alle objecten op aarde ondervinden een zwaartekracht die "naar beneden" gericht is, naar het middelpunt van de aarde.

Wat is Werk?
In de wetenschap is arbeid het gebruik van kracht om een object vanaf een vast startpunt te verplaatsen. Eenvoudige machines maken het werk (het verplaatsen van objecten) gemakkelijker.
De wetenschappelijke definitie van werk is de hoeveelheid kracht die op een object wordt uitgeoefend, vermenigvuldigd met de afstand waarover het object wordt verplaatst. Arbeid bestaat dus uit kracht en afstand. Elke taak vergt een bepaalde hoeveelheid werk en deze hoeveelheid verandert niet. Dus de kracht vermenigvuldigd met de afstand levert altijd evenveel werk op. Dit betekent dat als je iets over een kleinere afstand verplaatst, je een grotere kracht moet uitoefenen. Als u daarentegen minder kracht wilt uitoefenen, moet u de beweging over een grotere afstand uitvoeren. Dit is een afweging tussen kracht en afstand.

Wat is mechanisch voordeel?
Mechanisch voordeel houdt in dat er minder kracht nodig is om dezelfde hoeveelheid werk te verrichten, omdat er een eenvoudige machine wordt gebruikt om de toegepaste kracht te vergroten en de richting ervan te veranderen. Het mechanische voordeel kan worden aangepast om aan specifieke behoeften te voldoen. Twee soorten mechanische voordelen zijn snelheid en koppel.
Wat is koppel?
Koppel is een mechanisch voordeel dat de output van een aangedreven tandwiel of machine krachtiger maakt. Koppel ontstaat als er een kracht wordt gebruikt om een object te laten draaien of stoppen, zoals bij het laten draaien van tandwielen en bij het gedeeltelijk draaien van een hendel. Bekijk de onderstaande animatie om te zien hoe een kleiner tandwiel een groter tandwiel aandrijft, zodat er meer koppel ontstaat.
Wat is snelheid?
Snelheid is de afstand die een object in de loop van de tijd aflegt en is een mechanisch voordeel dat de uitvoer van het aangedreven tandwiel of de aangedreven machine sneller maakt. Bij versnellingen is snelheid omgekeerd evenredig met koppel. Als de gewenste snelheid in de uitgang gewenst is, moet het koppel verlaagd worden. Het omgekeerde geldt ook: als er meer koppel of vermogen gewenst is, dan zal de snelheid afnemen. Bekijk de onderstaande animatie om te zien hoe een groter tandwiel een kleiner tandwiel aandrijft, waardoor een hogere snelheid ontstaat.



