Vocabulaire
- Voorspellen
- Voorspellen op basis van observatie, ervaring of wetenschappelijke redenering.
- Schatting
- Een voorspelling of waarde die niet exact is.
- Gegevens
- Feiten verzamelen.
- Variabele
- Een factor in een wetenschappelijk experiment die onderhevig kan zijn aan verandering.
- Snelheid
- Een bewegingssnelheid die gebaseerd is op de afgelegde afstand en de tijd die nodig was om die afstand af te leggen.
- Gemiddelde snelheid
- De totale afstand die het object aflegt, gedeeld door de tijd die nodig was om die afstand af te leggen.
- Afstand
- De lengte die een object aflegt.
- Energie
- Het vermogen om te veranderen of te bewegen.
Het stimuleren van het gebruik van woordenschat
Hieronder staan aanvullende manieren om het gebruik van woordenschat te vergemakkelijken terwijl leerlingen bezig zijn met de activiteiten in eenheid.
Studenten moeten worden aangemoedigd om de volgende woordenschattermen te gebruiken:
- Tijdens alle activiteiten
- Omdat ze in groepen werken
- Terwijl ze reflecteren
- Omdat ze hun kennis en ervaring delen
Tips om het gebruik van woordenschat te stimuleren
Ontdek de woordenschat!
Betrek de leerlingen bij het spelletje 'Zoek het woord'. Schrijf de woorden uit de woordenschat op het bord. Geef de leerlingen eerst een aanwijzing over het woord in de woordenschat en kijk of ze aan de hand van de aanwijzing het juiste woord kunnen herkennen. SCHAKELAAR! Vraag de leerlingen om jou een aanwijzing te geven over een woord uit de woordenschat en kijk of jij het kunt raden op basis van de aanwijzingen van de leerlingen. Dit is een geweldige manier om te zien of leerlingen de woordenschat kunnen begrijpen en uitleggen.
Voorbeeld: Snelheid
- Ik zie een woord dat te maken heeft met energie.
- Ik zie een woord dat gebaseerd is op de afgelegde afstand in de loop van de tijd.
Snel rondje!
Omdat de module over snelheid gaat, worden leerlingen aangemoedigd om hun woordenschat snel uit te breiden! Oefen door de leerlingen de definitie te geven en kijk wie als eerste het juiste woord kan noemen. Leerlingen kunnen dit tijdens de pauzes met elkaar blijven spelen door het woord te herhalen of door te kijken hoe snel ze de betekenis kunnen opschrijven als ze het woord op een stukje papier zien.