VEX GO toepassen
Verbinding met VEX GO
Bij de Ocean Emergency Unit gebruiken leerlingen de VEX GO Kit om de Code Base-robot te bouwen en programmeren. Hiermee navigeert hij door een doolhof en verzamelt hij afval uit de oceaan. Studenten zullen naast de Code Base ook aan een bouwcomponent werken. Ze moeten een extensie ontwerpen en bouwen die ze aan hun Code Base-robot kunnen bevestigen en die items kan verzamelen.
Met behulp van Builds kunnen leerlingen praktische 3D-weergaven maken van de concepten die ze leren. Studenten oefenen en ontwikkelen hun ruimtelijk inzicht door het mentale beeld dat ze hebben van een bepaald bouwwerk te ontleden. Ze krijgen de opdracht om dat beeld via schetsen over te brengen en iets te bouwen dat voldoet aan de criteria die in het Lab zijn vastgelegd.
Naarmate leerlingen vorderen in de module, wordt hen gevraagd de instructies voor het bouwen van de Code Base-robot te volgen voordat ze hun eigen uitbreiding bouwen. Studenten worden gevraagd om in groepen te werken aan de bouw. Door in groepen te werken krijgen leerlingen de kans om met behulp van ruimtelijke taal te beschrijven hoe de onderdelen met elkaar in verbinding staan. Tijdens het ontwerpen van hun uitbouw documenteren studenten hun ideeën en schetsen, zodat ze deze met anderen kunnen delen. Ook leggen ze hiermee een basis voor het bouwproces. Enkele voorbeelden kunnen zijn: "Dit stuk ligt bovenop dat stuk" of "Ik ga dit stuk gebruiken om de extensie aan dit deel van de Code Base-robot te bevestigen."
Gedurende de module gebruiken studenten VEXcode GO om hun robot door verschillende cursussen te loodsen terwijl ze codeeruitdagingen voltooien. Studenten maken gebruik van hun ruimtelijk inzicht om mentaal in kaart te brengen hoe de robot moet bewegen en hoe hij afval uit de oceaan moet oppakken aan de hand van de uitdagingen in de unit. Leerlingen moeten richtinggevende woorden gebruiken als ze Drivetrain-opdrachten gebruiken (bijvoorbeeld 90 graden naar rechts draaien) om pseudocode voor hun projecten te maken. Ook maken ze gebruik van gebaren als ze met hun groep en hun leraar communiceren. Op deze manier kunnen studenten hun ruimtelijk inzicht ontwikkelen door middel van zowel programmeer- als technische uitdagingen.
Lesgeven in coderen
In deze module maken studenten kennis met verschillende coderingsconcepten, zoals decompositie en sequentie. De labs binnen deze unit volgen een vergelijkbaar format:
- Erbij betrekken:
- Leraren helpen leerlingen om een persoonlijke connectie te maken met de concepten die in het Lab worden behandeld.
- Toneelstuk:
- Instructie: Leraren introduceren de codeeruitdaging. Zorg ervoor dat de studenten het doel van de uitdaging begrijpen.
- Model: Leraren introduceren opdrachten die ze bij het maken van hun project zullen gebruiken om de uitdaging te voltooien. Modelleer de opdrachten door VEXcode GO te projecteren of door fysieke representaties van de blokken te tonen. Voor labs die pseudocode gebruiken, laat je studenten zien hoe ze hun projecten kunnen plannen en de bedoeling ervan kunnen schetsen.
- Faciliteren: Leraren krijgen opdrachten om met leerlingen een discussie aan te gaan over de doelen van hun project, het ruimtelijk redeneren dat bij de uitdaging hoort en hoe ze onverwachte uitkomsten van hun projecten kunnen oplossen. Tijdens deze bespreking wordt ook gecontroleerd of de leerlingen het doel van de uitdaging begrijpen en weten hoe ze de opdrachten correct moeten gebruiken.
- Herinnering: Leraren zullen leerlingen eraan herinneren dat hun eerste poging om de oplossing te maken, niet altijd correct zal zijn of in één keer goed zal verlopen. Stimuleer meerdere herhalingen en herinner leerlingen eraan dat vallen en opstaan een belangrijk onderdeel is van het leerproces.
- Vraag: Leraren betrekken leerlingen bij een discussie waarin ze de concepten uit het Lab verbinden met toepassingen in de echte wereld. Enkele voorbeelden hiervan zijn: "Heb je ooit ingenieur willen worden?" of "Waar heb je in je leven robots gezien?"
- Deel:
- Studenten krijgen de kans om op verschillende manieren te communiceren wat ze hebben geleerd. Met behulp van het Keuzebord krijgen leerlingen een stem en keuze hoe zij hun leerproces het beste kunnen presenteren.