Robotische precisie

Robots komen te hulp
De eerste industriële robot werd in 1954 ontworpen door George Devol. Deze robot kon materialen verplaatsen tussen punten die ongeveer 3,5 meter uit elkaar lagen. Sindsdien is er veel veranderd. Onze maatschappij blijft de ontwerpen van robotica verbeteren om aan onze voortdurend veranderende behoeften te voldoen. Eén manier waarop ontwikkelaars robotica veranderen, is door de bewegingen ervan nauwkeuriger en preciezer te maken. Deze robots kunnen op veel plaatsen worden ingezet, zoals in magazijnen, militaire zones en ziekenhuizen.
Naarmate robots flexibeler en wendbaarder worden, kunnen ze complexere taken in een magazijnomgeving uitvoeren. In plaats van alleen maar pakketten van de ene naar de andere plek te verplaatsen, kunnen robots door een assortiment pakketten heen filteren, de items selecteren en naar de juiste plekken verplaatsen zonder ze te beschadigen.
Robots worden ook gebruikt in militaire zones om de veiligheid van soldaten te waarborgen door gebieden te detecteren en vrij te geven waar troepen komen. Robots worden ook gebruikt voor taken zoals het onschadelijk maken van bommen, het op veilige afstand houden van soldaten terwijl actieve dreigingen worden bestreden.
Ook mensen profiteren van de precisie van robots in de operatiekamer. Robotchirurgie is minimaal invasief als chirurgen robots gebruiken ter ondersteuning van operaties. De armen van de robot zijn zeer wendbaar en nauwkeurig, waardoor chirurgen op kleine ruimtes in het lichaam kunnen opereren, zonder grote snijwonden te hoeven maken. Hierdoor wordt het risico op infecties verlaagd en de hersteltijd verkort.
Breid uw leerproces uit
Om deze activiteit te koppelen aan de verschillende toepassingen van robotica voor professionele dienstverlening, kunt u de leerlingen vragen om na te denken over andere traditioneel menselijke taken die robots steeds vaker uitvoeren.
Sociale robots komen bijvoorbeeld steeds vaker voor. Er zijn zowel humanoïde als niet-humanoïde varianten en beide typen beschikken over vaardigheden zoals het herkennen van sociale signalen in de vorm van gebaren, stemmen, talen, etc. Sommige kunnen emoties herkennen, andere helpen bij dagelijkse taken, voeren gesprekken, spelen spelletjes, beheren slimme netwerkapparaten in huis en houden toezicht op de veiligheid. Sommige organisaties kunnen mensen helpen die persoonlijke verzorging en ondersteuning nodig hebben (bijvoorbeeld door te werken met autistische kinderen, emotionele steun te bieden aan mensen met dementie, door oefensessies te organiseren in bejaardentehuizen, etc.).
Laat leerlingen sociale robots verder onderzoeken door een model te vinden (elk type heeft de naam van het bijbehorende bedrijf) en op te schrijven wat de robots allemaal kunnen. Studenten moeten nadenken over de maatschappelijke gevolgen die een dergelijke robot kan hebben voor een individu, een gezin en de maatschappij in het algemeen. Ook moeten ze onderzoek doen naar de prijs (schatting of bereik) van de robot en hoe die van invloed is op de maatschappij die van de voordelen ervan kan profiteren.