Draaien op verschillende snelheden
Draai vervolgens de Autopilot op verschillende snelheden!
Het instellen van de snelheid voor het rijden en het instellen van de snelheid voor het draaien zijn twee afzonderlijke blokken. Dit is handig wanneer u wilt dat de robot met een bepaalde snelheid rijdt, maar met een andere snelheid draait. In een getimede wedstrijd kan de robot bijvoorbeeld heel snel rond het veld rijden, maar langzamer en voorzichtiger draaien.
Voeg de volgende blokken toe aan je Rijsnelheden:


- De programmeur moet deze blokken aan uw project toevoegen en vervolgens naar uw Autopilot downloaden.
- De chauffeur moet dan het project uitvoeren.
- Merk op hoe de draaisnelheden zich tot elkaar verhouden. Merk ook op hoe ze verschillen van de rijsnelheden.
- Uw groep moet uw observaties bespreken en de recorder moet ze in uw technische notitieboekje schrijven.
Breid je leerproces uit
-
percentages, breuken, & decimalen
Tot nu toe hebben studenten percentages gebruikt voor de blokken [set drive velocity] en [set turn velocity]. Klik op een van de volgende links (Google Doc/.docx/.pdf) voor informatie over hoe u uw studenten kunt instrueren om percentages om te zetten in breuken en decimalen.
Tips voor docenten
-
Positief gedrag
Maak een lijst met specifiek gedrag dat je wilt aanmoedigen. Voorbeelden hiervan zijn:
-
Studenten zelforganiserend met de rollen binnen een groep
-
Studenten die elk van hun rollen goed uitvoeren binnen een groep
-
Leerlingen gaan zorgvuldig om met de robot en de computers/tablets
-
Studenten die elkaar prijzen en aanmoedigen tijdens de verkenning
Wanneer leerlingen dit gedrag gebruiken, prijs ze dan onmiddellijk. Wees specifiek bij het aanbieden van lof. In plaats van bijvoorbeeld te zeggen: "goed gedaan", zou je in plaats daarvan kunnen zeggen: "goed gedaan om de Autopilot-robot zorgvuldig terug te brengen naar de juiste plek."